Poject KAFE_02: Kalibratie Algorithme afstand afhankelijkheid

In de vorige KAFE1 post hebben we gezien dat om met kalibratie mee te mogen doen, een RRS station, meer dan 2 CSS op maximaal 7500 meter afstand moet hebben.
Als daaraan niet voldaan wordt, dan wordt die RSS niet meegenomen bij berekeningen van correctiefactoren voor CitizenScienceStations

Voor Gouda betekent dat, dat het meest nabijgelegen station ,Cabauw, dat te weinig CSS op korte afstand heeft, geen correctiefactor krijgt en dat alleen verder gelegen RRSstations bijdragen aan Goudse sensorkalibratie.

De grens van 7500m is tamelijk willekeurig en kan ook op andere waardes ingesteld worden.
is er een “standaard” waarde voor de dracht parameter voor fijnstof ?
Ik herinner me literatuurwaardes van minder dan 500 meter.

Hoeveel invloed heeft de CSSbuurgroep van een Verweg RSS op de kalibratie van een Citizen Science sensor in het Groene Hart

In de voorbeeldsoftware wordt de afstand op minimaal 1 km gezet.
Je wilt niet door hele kleine afstanden een erg grote invloed van een enkel station hebben.

Waarom er in de voorbeeldsoftware ook een standaard offset (delta) van 2km wordt gehanteerd is mij niet duidelijk

We kijken nog maar eens naar de Correctiefactor formule en passen die toe voor Gouda, met bestaande NL stations en varieren de macht p.

image

met Ci de citizen sensor i
Dij de afstand in km tussen Goudse sensor i en RRS j
Rj is de groepsfactor voor ricm station j
delta de offset (neem die in ons voorbeeld zetten we die op 0)

Neem als voorbeeld waarbij Gouda wordt gekalibreerd alle RRS CorrectieFactoren gelijk aan 1
We normeren de som der gewichten op 1, dan is de relatieve de invloed van de RSS station buurgroep op het bepalen van de correctiefactor Goudse sensoren, afhankelijk van afstand tot Gouda (in km):

station ,afstand ,gewicht
NL10636 ,30 ,0.03, Utrecht-Kardinaal de Jongweg
NL10449 ,29 ,0.03, Vlaardingen-Riouwlaan
NL10643 ,30 ,0.03, Utrecht-Griftpark
NL10404 ,30 ,0.03, Den Haag-Rebecquestraat
NL10641 ,28 ,0.03, Breukelen-A2
NL01494 ,24 ,0.04, Schiedam-A.Arienstraat
NL01491 ,21 ,0.06, Overschie-A13
NL01488 ,20 ,0.06, Rotterdam-Zwartewaalstraat
NL01493 ,20 ,0.06, Rotterdam-Statenweg
NL01487 ,21 ,0.06, Rotterdam-Pleinweg
NL10418 ,19 ,0.07, Rotterdam-Schiedamsevest
NL01489 ,18 ,0.08, Ridderkerk-A16
NL10644 ,15 ,0.12, Cabauw-Wielsekade

In de IDW wordt formule een tweede macht afstandsafhankelijkheid gebruikt (p=2).
Zo doet voor Goudacalibratie Cabauw mee voor 12% , Rotterdam locaties elk voor 7% en Utrecht 3%.

Als we dit vervangen door een vierde macht (p=4), wordt de de locale invloed groter:

station ,afstand ,gewicht
NL01494 ,24 ,0.04, Schiedam-A.Arienstraat
NL01487 ,21 ,0.07, Rotterdam-Pleinweg
NL01491 ,21 ,0.07, Overschie-A13
NL01488 ,20 ,0.08, Rotterdam-Zwartewaalstraat
NL01493 ,20 ,0.09, Rotterdam-Statenweg
NL10418 ,19 ,0.09, Rotterdam-Schiedamsevest
NL01489 ,18 ,0.12, Ridderkerk-A16
NL10644 ,15 ,0.28, Cabauw-Wielsekade

In dit 4-e machts model is Cabauw verantwoordelijk voor 28% van het Goudse.
Zoals eerder gezegd: in de harde werkelijkheid telt Cabauw niet mee met de coorectie omdat er te weinigcitizen science sensoren dichtbij zijn.

Tijd om bij Cabauw wat sensoren te plaatsen; we moeten op zoek naar plekjes nabij het weiland met electriciteit en netwerk dekking.

In een ver verleden voor citizen science, was de fijnstof waarde van Gouda de geinterpoleerde waarde
tussen de eerste buur rivmstations.
Met CSS hebben we fijnmaziger metingen en interpoleren we de correctie factoren.
Zo blijven locale fijnmazige verschillen meer behouden

De vraag blijft hoeveel van die locale verschillen echte locale effecten zijn en hoeveel er aan meetfouten tgv apparatuur en ruis toegeschreven kunnen worden.